Interne controle
Massale fraude bij de accountants… al jarenlang. En nu dus weer bij KPMG, waar vijfhonderd medewerkers kinderachtig fraudeerden bij interne toetsen. De CEO wist zogenaamd van niets; de bestuursvoorzitter is ‘enorm geschrokken’. De president-commissaris, die zelf ook lekker sjoemelde, schuift zijn verantwoordelijkheid af op een time queeze: de goede man moest naar een afspraak en kon dus helaas niet anders dan frauderen.
Sinds jaren zijn diverse instanties, waaronder bijvoorbeeld de Amerikaanse Public Company Accounting Oversight Board, verbolgen over het gebrek aan ethiek in de accountancy. Er zijn torenhoge boetes uitgedeeld, partners werden geschorst, CEO’s zijn opgestapt, maar aan het ethisch sjoemelgedrag is niets veranderd. Krokodillentranen worden gehuild, excuses aangeboden, beterschap beloofd. Maar in de praktijk van de kantoren verandert er zo goed als niets.
Inderdaad, er worden gedragsregels opgesteld, er worden ethische standaarden geformuleerd, er komen meer en meer reglementen waar de accountant zich aan moet houden. Integriteit en ethiek staan – officieel – hoog in het vaandel. Het blijkt allemaal niet veel meer dan lippendienst, voor de bühne.
Bij nadere analyse is dit geen wonder. Ethisch handelen wordt neergelegd in steeds meer regels, in externe standaarden. Maar helpen meer en meer regels? Tweeëneenhalf duizend jaar geleden wist de Chinese filosoof Lao Zi het al: ‘Hoe meer regels, hoe meer criminelen.’ Regels zijn extern, het moreel kompas echter is intern.
In de psychologie kent men het begrip ‘internal locus of control’. Het staat tegenover ‘external locus of control’. Het construct internal locus of control verwijst naar het besef controle te hebben over het eigen leven, naar het vermogen om verantwoordelijkheid te nemen voor het eigen handelen. Personen met een externe locus of control daarentegen hebben het gevoel dat hun leven gecontroleerd wordt door externe factoren. Zij kennen geen zelfverantwoordelijkheid. Zij schuiven deze af.
Voor juist handelen, in ethische zin, dient de eigen blik naar binnen te gaan en niet naar buiten. Intern bevindt zich – als het goed is – het eigen innerlijk kompas. Dat wijst de weg naar ethisch handelen. Dat komt van binnenuit en is niet van buitenaf opgelegd. Ontwikkelingspsychologisch gezien ziet het ernaar uit dat dit innerlijk, moreel kompas zijn beslag krijgt in de eerste vijf jaren van het leven. Het is waarschijnlijk dat hier ook nog een genetisch aspect een rol speelt.
Internal locus of control is een persoonlijkheidsvariabele. Als zodanig is deze goed meetbaar via een scala van psychologische meetinstrumenten. Er zijn aanwijzingen dat een interne locus of control te ontwikkelen is, als een personal skill. De accountant kan leren om verantwoording te nemen voor zijn eigen gedrag – niet aangestuurd door externe regels maar overeenkomend met de koers van zijn innerlijk kompas.
Over
Dr. Michael M. Tophoff is klinisch psycholoog en theoloog. Hij doceert personal skills aan de UvA Business School (Emia-EPDA) en is research fellow aan de Vrije Universiteit Amsterdam.
Reacties (0)
Lees meer over dit onderwerp:
De monogamie voorbij...?
Het Westers instituut van het monogame liefdeshuwelijk is, historisch gezien, nog niet eens zo oud. Is het desondanks aan vervanging toe?
Lees meerIk – Mij – Mijn
Schijnbaar nooit eerder in onze maatschappij werd het individuele ‘ik’ zo gevierd en gecultiveerd als nu. Echter, in de Westerse filosofie heeft de zegetocht van het ‘ik’ een glansrijke voorgeschiedenis van meer dan tweeduizend jaar. Ze reikt van vijfhonderd voor Christus (Plato) tot in onze tijd (Habermas). Descartes introduceert de Moderniteit en viert het ‘ik’ […]
Lees meer
Wilt u ook een reactie plaatsen?
Voor het plaatsen van een reactie vereisen wij dat u bent ingelogd. Heeft u nog geen account? Registreer u dan nu. Wilt u meer informatie over deze vereiste? Lees dan ons privacyreglement.